‘Kijk eens, die vond ik bij de verhuizing!’ Aan een van de drie staande leeslampen rondom haar stoel hangt een paar plastic handboeien. “Van de Wackenhuts!”, roep ik uit. Wackenhut is een beursgenoteerde bewakingsfirma die de sheriff moest bijstaan om de duizenden demonstranten af te weren die in de V.S. protesteerden tegen het detoneren van kernbommen in tunnels onder het land van Shoshone.
Vrede is een werkwoord
“De leidraad van mijn leven is gekleurd, gevormd door en in de oorlog. Woede over onrecht en liefde voor alles en iedereen, dat zijn mijn drijfveren. Ik voel dat ook nu heel sterk bij Israël en Palestina. Ik maak me zo’n zorgen over Daoud Nassar van de Tent of Nations. Hij zegt: ‘Wij weigeren vijand te zijn.’ Zijn terrein ligt hoger, de kolonisten willen het hebben. Hij zou zo maar onder een auto kunnen komen of op andere wijze omgebracht kunnen worden”. Chris kent de plek op de West Bank.
Toen oorlog Joegoslavië verscheurde, reisde ze er vaak heen om humanitaire hulp te bieden en reiki te geven. Vrede was voor Chris een werkwoord. “Als kind van zestien zat ik in een politieke partij, ik weet niet meer welke maar het was 1941. Fer was een vriend van mijn broer. Hij zat in het verzet en logeerde bij ons en ik kon pas slapen als hij weer thuis was gekomen. Na een slechte nacht was Fer nog steeds niet thuis. Huilend vroeg ik de pastoor of hij zijn moeder wilde inlichten. De Duitsers hingen overal briefjes op met zijn naam en de namen van acht anderen: ‘wegens verzet gefusilleerd’. We hielden een dodenmis. Later kwamen we erachter dat hij toen nog leefde en pas twee dagen later de kogel kreeg.”
In die tijd groeide Chris’ bewustzijn dat je je tegen onrecht en oorlog moet verzetten. Zo was Chris natuurlijk lid van de Oost -Westgroep van de Dominicus die de Koude Oorlog van onderaf hielp ontdooien en vertelde ze nog tot zeer recent over de oorlog op scholen en waar ze maar werd uitgenodigd om te waarschuwen en tot verzet op te roepen.
Dreigbrieven
Chris en ik zijn menigmaal bij vredesacties opgepakt. Chris memoreerde: “Natuurlijk stelden we verzet in tegen de boete en lieten de zaken voorkomen. Met de rechtszitting kun je ook aandacht vestigen op de dreigende oorlog en oproepen tot verzet. En natuurlijk betaalden we nooit de boete en leefden we met de dreigbrieven van het Justitieel Incasso Bureau en de deurwaarder. Het was beter om gevangen te zitten. En alleen stilletjes zitten, daar heeft niemand wat aan, dus maakten we ook daar een actie van.”
“Na weer eens een dreigbrief ‘Als u NU niet betaalt, moet u een dag zitten’, belde ik de politie op: ‘Wanneer zal ik komen?’ ‘Komt u maar op maandag. Maar het zou kunnen dat als de weekenddienst zich verveelt, dat ze u ’s nachts al komen halen.’ De cel ingaan was een mooie actie op zich en maandag zouden vrienden mij weg kunnen brengen en de Zaanse krant kon er aandacht aan besteden, dus ik wou niet van m’n bed gelicht worden en ben een nachtje gaan logeren bij de gemeente arts en zijn vrouw. Ik vertelde hem dat ik de vorige keer dat ik had gezeten, erge dorst had gehad. Die maandagochtend stond er een hele fles water in de cel …”
Op haar 96ste droeg Chris nog bij aan het vredelievende karakter van een vredesactie tijdens een nucleaire NAVO-oefening op de vliegbasis Volkel waarbij we met roze schepjes een tunnel onder het hek door groeven met de bedoeling op de startbaan te zitten en het oefenen voor de derde wereldoorlog stil te leggen. Wat een mens!
“Ik moet een beetje bewegen, ik breng je naar de lift”, zei Chris. Onderweg drukt ze me op het hart dat deze woorden niet over haar moeten gaan, maar om Vrede en Gerechtigheid.