Bij binnenkomst hier in de JVA moet je je kleren uitdoen, douchen en krijg je beddengoed, dekens, gevangeniskleren, bord, brooddoos, en andere benodigdheden in een grote kist en die sleep je dan aan je pyjamabroek, die door het handvat van de kist wordt gedaan, naar de dokter die kijkt of je tbc, luizen of andere dingen onder de leden hebt. Daarna volg je een cipier naar de lift, je stapt uit op het kruispunt van 4 lange gangen vol cellen. Daar is een kogelvrij aquarium voor de bewakers en een andere cipier neemt je over en doet een van de vier deuren naar een gang open en je sleept je kist achter hem aan naar een van de cellen. Ik kreeg 1 C 115.
Het eerste wat mij opviel toen de celdeur achter mij dicht sloeg, was het vogelconcert dat mij begroette vanuit het groen dat net zichtbaar was door het grote tralieraam boven de hekken, de muur, de rollen prikkeldraad, lichtmasten en camera’s. Ik mocht geen bijbel noch andere boeken meenemen en in die lege cel merkte ik hoe moe ik was. Liggend op mijn brits, die vast zat aan de muur met een plastic matras en driehoekig plastic kussentje, luisterde ik naar de vogels, buren die door hun ramen met elkaar praatten of met luide stem over de binnenplaats heen en weer converseerden in vele talen, af en toe wanhopige kreten, gebrul of prachtig gezongen Arabische gebeden, het luiden van kerkklokken in de verte, regelmatig laag overvliegende straaljagers die oefenen voor de volgende (kern) oorlog en meestal ook het geluid van tv’s en radio’s. Je hoort ook de ingewanden van de gevangenis: sleutels, klikkende sloten en het dichtslaan van zware deuren, het rollen van een kar met een tank met heet water of eten, stemmen die grapjes maken, bevelen of hun geduld (bijna) verliezen, een voorbij slepende kist en de do-re-mi ding-dang-dong die voorafgaat aan een veelal onverstaanbare mededeling via de intercom.
do-re-mi ding-dang-dong
Na een tijdje leerde ik op welk tijdstip er wat medegedeeld kon worden en kon ik het verstaan. Bijvoorbeeld om 06:25 kwam de Durchsage ‘Arbeitsbetriebe fertig machen!’. Dan moeten de gevangenen die in de bakkerij, de keuken of in enkele bedrijven binnen de muren werken klaar staan om naar hun werk gemarcheerd te worden. Ik leerde dat je bij die ‘Durchsage’ op de maandag of donderdag op het knopje kon drukken als je wilde dat even later het luikje open zou worden gedaan zodat je je vuile was in een net er doorheen kon duwen.
In Nederland was alles zomer 2022 weer normaal maar hoewel ik bij binnenkomst negatief testte, moest ik toch twee weken in quarantaine. Als om zes uur ’s ochtends het luikje open gaat voor de ‘Heiβwasser Ausgabe’ en je kan zeggen of je al dan niet een schep oploskoffie in je hete water wil of als om zes uur ’s avonds het luikje weer open gaat voor kruiden thee en brood: “Maske auf!”. Voor het warme middageten moet je je stoel bij de celdeur zetten en zelf gemaskerd achterin de cel gaan staan en wachten tot het eten op de stoel staat en de deur weer gesloten is. Wij ‘quarantaine mannen’ worden om zeven uur ’s ochtends samen gemaskerd buiten gelucht en vervolgens samen ongemaskerd in de douche gestopt …
De eerst dagen miste ik Aiyun, mijn wederhelft, de Noëlhuis gemeenschap en het leven buiten meer dan ik had gedacht en voelde ik me licht schuldig omdat ik niet bij Onno’s middelbare school diploma uitreiking kon zijn. Maar na een dag of vijf was mijn energie terug en had ik een aardige gevangenis routine met gebed, lichamelijke oefening (bijna 23 uur per dag in een kleine cel, dan moet je af en toe wat doen!), Russische schriftlezing om mijn Russisch* wat op te frissen, post lezen & beantwoorden, lezen uit de bajes bib (O.a. de autobiografie van Nelson Mandela: geweldig!), ‘leeg’ zitten, liggen of voor het raam staan en kijken naar de gedachten die opkomen, luchten en douchen.
*Zonder NAVO, strijdmacht en De Bom pogen na de Spanjaarden, de Fransen en de Duitsers de Russen allicht ook eens om ons te bezetten en als ik hun taal een beetje meester ben, kan ik hen iets beter liefhebben en weerstand bieden. Vandaar dat ik, vooral tijdens mijn negen maanden gevangenschap in 1984/85 omdat ik niet meedeed aan het hele dienstplicht gebeuren, Russisch heb geleerd.
Arme drommels
Dat douchen is meestal gezellig. Maar vanochtend werd iemand een beetje gesard en hij begon meteen te dreigen de sarrer om te brengen. De gesarde was de enige moslim in de douche. Wat doe je dan? Ik heb niets gedaan, maar ik stond er gelukkig wel tussen. Ik douche altijd kort en toen ik me had afgedroogd, heb ik eerst een praatje gemaakt met de gesarde voordat ik voor mijn celdeur ging staan. De sarrer is mijn buurman. Hij vindt gezelligheid en geborgenheid in een bende en hij moet nog ruim vijf jaar omdat hij drugs vervoerde in de trein en een wapen bij zich had om leden van een andere bende af te schrikken. Allemaal arme drommels die een nog groter potje van hun leven maken dan wij. Maar wij hadden vaak wel een betere start, een liefdevoller jeugd.
Na de quarantaine tijd lucht ik met ruim 100 anderen in de ‘A Hof’. Ik jog tot een bewaker ‘Halb Zeit!’ schreeuwt en dan loop ik een eindje op met iemand. Wat een levens. Een Fransman wiens beste vriend in de vorige Duitse gevangenis zelfmoord pleegde. Een Oekraïense vrachtwagenchauffeur die net als ik een boete uit zit en twee kleinzonen heeft die in het Oekraïense leger vechten. Een 71-jarige schipper met een kunstbeen die graag vertelt over alle plekken in Nederland die hij vroeger met vrouw en kind bezocht. Een meneer in een rolstoel wiens vrouw net in een vrouwengevangenis is bevallen. Een dakloze Duitser die blij is even van de alcohol af te zijn en zijn cel deelt met iemand met wie hij het goed kan vinden. Een vriendelijke kok, een goedlachse houthakker en anderen die te veel marihuana planten hadden. Een veganistische hippie die wegens structureel zwartrijden zit en vertelde onlangs eens naar de kerkdienst gegaan te zijn. In de lezing zei Jezus dat wie vrij van zonden was, de eerste steen naar een overspelige vrouw mocht gooien. Ik vroeg hem of hij misschien ook dacht dat Jezus tegenwoordig zou zeggen dat wie vrij van zonde is de eerste steen voor een gevangenis mag leggen? Want de meeste ‘nette’ mensen profiteren via hun banken, verzekeringen en pensioenpremies meer van een roofzuchtig & moorddadig systeem, dan de toch overwegend arme drommels hier. ‘Amen!’, zei hij.
De sfeer is gelukkig bovenal solidair. Iedereen probeert elkaar er doorheen te helpen door naar elkaar te luisteren, raad of een schouderklop te geven, met humor en door tips & trics met elkaar te delen.
Op een dag stond ik voor mijn cel deur te wachten toen ik zo’n 40 meter verderop aan het eind van de gang door de tralies en het dikke glas van de deur bij het aquarium van de bewakers een groepje mannen zag staan. ‘De Wolga slepers’ flitste het door mij heen. Ze droegen als groep en ieder als individu een zware last. Ik had dit schilderij van Repin jaren geleden gezien en er verder nooit meer aan gedacht en nu opeens, beng, daar waren ze. Even later werden ze door mijn gang gedirigeerd en verdwenen door een deur die geen cel deur was. De volgende dag vroeg ik in de douche wie dat waren. ‘Das sind die von der Psychiatrie’.
Extra mijl gaan
Ik heb getracht om mijn tijd achter tralies als versterker te gebruiken voor de boodschap dat we beter af zijn door met eventuele bezetters de extra mijl te gaan, dan door hen te vuur en te zwaard te bestrijden. Dat is een beetje gelukt en ik neem hier de gelegenheid te baat om dat met je te delen in deel II, bajes reflecties.